zuurstofsensoren tonen significante reacties op veranderingen in atmosferische druk

Drukvariatie is een cruciale omgevingsfactor die rechtstreeks van invloed is op de nauwkeurigheid van meetresultaten en de betrouwbaarheid van gasdetectoren ，wat vaak over het hoofd wordt gezien. Belangrijke drukfluctuaties treden veelvuldig op in omgevingen zoals boorplatforms, putkoppen en compressorstations in de olie- en chemische industrie, evenals inlaten, pompstations en bezinktanks van rioleringszuiveringsinstallaties. In deze omgevingen is zuurstofmonitoring vaak essentieel, en de veelgebruikte loodhoudende zuurstofsensoren (galvanische cel) zijn zeer gevoelig voor drukveranderingen.

Bijvoorbeeld zuurstofsensoren die werken volgens het principe van tweeelektrode lood-gebaseerde galvanische cellen (zoals modellen als 4OXV, O2-A2 en S+4OX) vertonen een onmiddellijke toename van het uitgangsstroomsignaal wanneer zij worden blootgesteld aan een plotselinge drukstijging. Dit resulteert in een snelle stijging van de zuurstofmetingen tot 23–30% vol, waardoor alarmsignalen op hoog niveau worden geactiveerd. Wanneer abnormale zuurstofmetingen (zoals plotselinge pieken) optreden in gasdetectieapparatuur, dient rekening te worden gehouden met het werkingsprincipe van de sensor en het productontwerp. Daarnaast ontstaan dergelijke situaties vaak niet alleen door omgevingsdrukinvloeden, maar ook wanneer de apparatuur hevig wordt geschud, een klap krijgt of wanneer de inlaat/uitlaatopeningen van de sensor per ongeluk worden geblokkeerd (met name bij pomp-gestuurde monstersystemen). Het is belangrijk op te merken dat dit gedrag een inherente fysische eigenschap van de sensor is en geen productkwaliteitsfout. Meestal keren de metingen binnen enkele seconden na stabilisatie van de druk terug naar normaal.